Ik hoef je nergens van te overtuigen, sterker nog, ik zou niet aan je moeten denken, zoals mijn held A.L. Snijders ook probeerde niet aan zijn lezers te denken. Is hij wel mijn held? Helden komen en gaan, literaire helden helemaal. Maar ook muzikanten. Als ik hardop dweep met schrijvers, dreig ik meteen te pretenderen in hun buurt te willen komen. Bij muzikanten heb ik dat niet, met zangers misschien. Of met drummers als ik weer eens roffels improviseer op mijn dijbeen of het keukenblad. Nadoen zou weleens de beste manier kunnen zijn om iets onder de knie te krijgen. Toch pretentie? Ik geef toe af te kijken, om te zien wat er allemaal kan en mag. Hoe doet die ander dat? Kan ik daar wat van gebruiken? Daarbij heb ik het voordeel dat ongestraft te kunnen doen, ik heb intussen een eigen stem ontwikkeld. Dat heb ik niet van mezelf, dat zie ik niet, ik moet het van anderen horen. Het enige wat ik kan doen is er dan maar op vertrouwen dat het echt zo is. Je moet je aan de andere kant ook weer niet in de luren laten leggen door wat de mensen in je eigen bubbel zeggen. Ik heb behoefte aan goede kritiek, om verder te komen, voorbij het ‘stukje’. Met dat in gedachten kijk ik uit naar een cursus bij de Schrijversvakschool. Begin volgend jaar pas, nu eerst therapie, één ding tegelijk.
‘Waar gaat het eigenlijk over?’ Dat is mijn mantra, als ik nog niks heb en ga zitten om een blog te schrijven. Dat hoop ik te leren in die cursus, waar het eigenlijk over gaat. Is er nog een andere bron aan te boren dan alleen dagelijkse belevenissen en dergelijke malheur? De fantasie is er de afgelopen zeven jaar bekaaid vanaf gekomen, die zat hooguit in de details. Nou ja, mogelijk heb ik wel meer verzonnen, maar ik weet zelf niet meer wat wel en wat niet. Hoe dan ook is wat in mijn leven voorvalt of is voorgevallen (het geheugen werkt ook niet mee) niet meer toereikend om wekelijks een bericht van te brouwen. Er moet uit een ander vaatje worden getapt. Daar begin ik niet vandaag mee, eerst dus therapie. Bij de intake heb ik alvast weer veel te veel losgelaten; ‘openhartig’ is my middle name. Als tiener had ik dat niet. Ergens onderweg heb ik blijkbaar bedacht om alles maar los te laten in de hoop dat ik dan het beste geholpen kan worden. Een fijne verzameling gevoelens en gedachten stromen in een diarree van woorden naar buiten. Veel anders zal het de komende tijd niet zijn, het gebeurt buiten mij om. De bijkomende schade moet op de koop toe worden genomen.