Er was gereld, welgeteld drie straten van ons huis. Wij merkten daar pas wat van toen we de volgende dag het nieuwsbericht erover lazen. De tekst over wat er in de wijk gaande was geweest, bevatte een curieus onderdeel. Er bleek gegooid te zijn naar de politie, oké (niet oké!), maar behalve met de te verwachten stenen en bewaard vuurwerk, ook met fietsdynamo’s.
Wie gooit er met fietsdynamo’s? Waar hadden ze die dingen vandaan gehaald? Zijn die lui fietsenrekken langsgegaan om onderdelen eraf te schroeven? Of namen ze een doos mee uit de schuur of, er zijn hier veel flats, uit de berging? Van mij hadden ze een snufje sympathie gekregen als ze voor autospiegels hadden gekozen.
Fietsdynamo’s, het is eens wat anders dan eieren en rotte tomaten. Nogmaals, hoe kom je aan die dingen om mee te gooien? Heeft een subversieve fietsenmaker ze soms uitgedeeld? Zijn het de volgende keer derailleurs? Of neem gelzadels, die komen minder hard aan als je zo nodig iets wilt gooien. De boodschap komt dan ook wel over.
Het zou kunnen dat ik iets over het hoofd zie, dat er symboliek schuilt in het gooien van fietsdynamo’s. Een roep om verlichting misschien. Elders gingen de brandkranen open, hier dynamo’s naar hoofden, mogelijk een uiterst geraffineerde manier om bestuur en gemeenschap iets duidelijk te maken.
De intelligentie van die jongens inschattend echter, vraag ik me af of ze überhaupt wisten wat het was waar ze mee gooiden, hoe dat heette, hoe je het woord spelt.