Ruimte

Ze had heel goed verpleegster kunnen worden, iemand die nagaat of ik op tijd mijn medicijnen neem. Ze had heel vaak bezorgd kunnen zijn, als ik weer eens aangaf dat het druk was in mijn hoofd. Ze had strak mijn leefwijze in de gaten kunnen houden, opdat ik niet opnieuw uit de bocht zou vliegen. Ze had zich ook af kunnen keren van de ellende, en niks te maken willen hebben met mijn kwalen. Er zijn veel rollen die de partner van een schizoaffectieve bipolair op zich kan nemen, waarvan sommige een goede relatie zeker in de weg zouden staan.

Zij hield het hoofd koel en koos voor steun en warmte, met precies de goede afstand, net de juiste nabijheid.

Het is niet de hele tijd vanzelfsprekend geweest dat we bij elkaar zouden blijven. Van beide kanten zijn er ernstige twijfels geweest of de ander wel de ware was, of in ieder geval degene om het leven mee te delen. De kinderen hebben waarschijnlijk een breuk voorkomen, door er te zijn.

We zijn pas de afgelopen twee jaar (van de zestien jaar relatie) in een echt stabiele fase beland. Ik zie voor de laatste crisis daarbij een belangrijke rol.

We hadden bedacht om ons twaalf-en-een-half-jarig huwelijk te vieren, op bescheiden wijze op een zondagmiddag in een koffietentje bij het station. In de aanloop naar die viering kreeg ik het benauwd, net als bij het trouwen en het kopen van ons huis. Het zijn momenten dat de verbinding nog eens extra wordt vastgeklonken.

Ik stak haar aan. Het bleef weliswaar binnen de perken, toch waren er van beide kanten weer twijfels. We spraken ze uit, iets waar niet iedereen voor zou kiezen, denk ik. Daar zaten we mooi, het feestje was geregeld, zaaltjegehuurd, catering besteld, uitnodigingen verstuurd. We moesten in ieder geval verder tot die dag.

We gingen intussen aan het praten, emotionele gesprekken, dat begrijp je. Ze draaiden eropuit dat we zouden kiezen voor onzekerheid, dat we de twijfel toelieten. Ieder voor zich mocht twijfelen en ieder zou het ook de ander gunnen. Dat was een verademing. Elkaar die ruimte bieden is voor ons de sleutel gebleken om nog dichter tot elkaar te komen.

We hebben een paar belangrijke gezamenlijke bezigheden die mede het wezen vormen van onze verbintenis. We wandelen, we doen de afwas, we kijken series, we liggen ’s avonds samen in bed en hebben soms seks, we mediteren. Bij dat laatste zitten we 25 minuten in stilte tegenover elkaar op ons kussen. Aan die activiteit gaat nogal eens tegenzin vooraf. Soms motiveer ik haar en een andere keer zij mij. Daar zijn dan opvallend weinig woorden mee gemoeid.

Ik ben blij met haar. En zij met mij, durf ik te zeggen. Minder klef kan ik het niet maken. We hebben het goed samen. Melanie vindt het naar als ik zeg dat het ooit een keer, door wat dan ook, voorbij zal zijn. Die gedachte is voor mij juist een aansporing er nog eens goed van te genieten.