Rust

Ja, ik slaap overdag. Nee, niet de hele dag, tussen de middag vooral. Bij de laatste hap van mijn lunch doet zich een pavlovreactie voor. Dan komt loomheid over me. Ik kan bijna niet anders dan naar de slaapkamer klimmen of ergens anders gaan liggen en mijn ogen sluiten.

Het begon ooit met een dutje aan het eind van de middag. Dat had ik nodig om het gebeurde van de dag tot dat moment te verwerken, zelfs als het niet veel was. Het is langzaam opgeschoven naar begin middag en daar gebleven.

Vaak is het verwijlen aan de oppervlakte, met nog een lijntje naar de omgeving. Er verschijnen beelden en gedachten waarvan ik me afvraag hoe die mijn geest binnensluipen, waar ze vandaan komen. Ik zou er iets van willen noteren, ware het niet dat die voortreffelijke staat daarvoor moet worden onderbroken. Na afloop ben ik alles kwijt, sneller nog dan de droom die je in de ochtend ontglipt.

Het komt ook voor dat de sluimering overgaat in slaap. Lekker. Soms heb ik een wekker gezet op twintig minuten tot een halfuur. Steeds vaker laat ik het gaan en word ik vanzelf wakker. Daarna soes ik nog wat en doe ik erg mijn best om er nu echt eens uit te komen. Ik sta me dit ritueel langzaamaan makkelijker toe, zolang mijn nachtrust er maar niet onder lijdt.

Ik kan wie ervoor in de gelegenheid is aanraden het ook te doen. Alle anderen adviseer ik er gelegenheid voor te creëren.