Droogmolen

De aanschaf van een droogmolen paste binnen een doordacht pakket van kleine maatregelen om energie te besparen. Daarmee begaf ik me wel op het terrein van Melanie. Ik ben van de boodschappen, het koken, de schoonmaak en het afval. Zij is van de was.

Ik vond dat de wasdroger minder zou moeten draaien. Dat was goed, al moest ik min of meer toezeggen de was dan op te hangen, soms althans, en ’s avonds weer van de lijn te halen, in voorkomende gevallen.

In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, droogt textiel ook in de herfst en de winter buiten, op dagen met gunstige omstandigheden. Daar had ik eerst onderzoek naar gedaan. Zonder me te veel aan stereotypen te wagen, durf ik te zeggen dat zo’n onderzoekje onderdeel is van een iets mannelijker aanpak. Net als tegelijkertijd een knijperzak bestellen natuurlijk. Met een musketonhaak kan die aan riem of broeklus worden bevestigd, goed voor een deugdelijke Lucky Luke-feel.

Het moet nog blijken hoe een en ander uitpakt in de praktijk. Het eerste wasje zorgde alvast voor enige teleurstelling. Melanie had hem in alle vroegte laten draaien, zodat ik hem later op kon hangen. De zoemer van de wasmachine was mijn wekker. De weersverwachting voor die dag was goed. Alleen bleek het witte wasje veel te klein om aan die grote molen te hangen. Het paste prima op een rek binnen. Gelukkig kon ik wel de knijperzak gebruiken.