Wind

 

Op mijn eigen schaal ben ik een avonturier. De reis voerde naar Schiermonnikoog. Dat was al heel wat, gezien mijn geschiedenis. Het is helemaal niet zo lang geleden dat ik de grootste moeite had met de vijf minuten in de trein naar Bilthoven. Naar Schier betekent bus, trein, bus, boot en fiets. Van deur tot deur is het vijf en een half uur. Tot aan de boot kon ik nog makkelijk terug en heb ik die mogelijkheid veelvuldig overwogen.

Een verblijf van drie nachten stond gepland, twee volle dagen. Het eiland is me goed bekend. Meestal kwam ik er in de herfst. Het voorjaar leent zich ook goed voor een bezoek, nog voor de grote drukte, zeker doordeweeks. Het weer is een stuk aangenamer en er is volop groei.

De eerste ochtend liep ik het dorp uit en daarna er met een wijde boog omheen. Een opwarmertje.

De tweede dag was bestemd voor een tocht over het strand richting het oosten. Daar is niets, behalve veel zand en zee. Tot ver voorbij paal 10, anderhalf uur heen en anderhalf uur terug, was mijn plan. Ik wist niet wat ik kon verwachten, maar wel dat er iets stond te gebeuren. Dat is mijn ervaring daar.

Vanaf de eerste stappen dienden de zenuwen zich aan. Het kon de angst zijn om in paniek te raken in dat niemandsland. Dat is vreemd, want ik heb in het geval van paniek juist liever niemand in de buurt.

Al snel kwam een andere barrière naar voren, ook angst, maar dan om in een flow te raken, zo eentje als ik eerder heb beschreven. En dan vooral om er niet meer uit te komen of er slecht uit te komen, dat ik niet meer weet waar ik het moet zoeken. Dat zou dichtbij huis, in een veilige omgeving, wel op te vangen zijn. Nu was ik, voor mijn doen, erg ver van huis.

En de omgeving nodigde uit.

Na een halfuur gaan keerde ik om. Het was genoeg. Dat was geen besluit van mij, dat besluit nam mijn lijf. Ik probeerde daarna de ergste zenuwen kwijt te raken door even in het ondiepe water te liggen. Op weg terug naar mijn handdoek merkte ik nog ieder moment op te kunnen gaan in de stroom. Ook na een halfuur stevig stappen was ik er niet klaar mee. Rustend op het strand kwamen voor me de golfjes aanrollen en sloegen ze bescheiden om. Het geluid daarbij. Hoe mooi ook, dit was niet oké voor mij nu. Ik moest terug naar het appartement, de meest veilige plek voorhanden. Onderweg nog steeds die uitnodiging van de natuur.

Eenmaal binnen overwoog ik dezelfde dag nog de boot te nemen. De gedachte kalmeerde me niet. Een pilletje bood uitkomst voor dat moment. De rest van de middag sloot ik me op met de gordijnen dicht. Toen ik weer buiten kwam, waaide het tot mijn verbazing flink. De verleiding was groot een verband te zien tussen mijn onrust en de wind op til.