Er is een boek met klassieke koans, raadsels die bij beantwoording meer vereisen dan alleen het verstand. De eerste koan heb ik met goed gevolg doorlopen, zoals je het oplossen ervan ook kunt noemen. Daarna stokte het. Na een tijdje proberen en een paar gesprekken met de zenleraar heb ik de tweede gelaten voor wat die was, zoals je opgeven ook kunt noemen.
Ondertussen is er een andere puzzel die me al meer dan vijftien jaar bezighoudt. Gezien de beperkte ruimte hier hou ik het voor nu bij een gedeelte ervan.
Ik ga na in hoeverre opgevangen flarden van andermans gesprekken op mij betrekking hebben. Er zijn dagen dat ik er vatbaarder voor ben en dagen dat het meevalt. Hoe dan ook ben ik er continu alert op, of ik wil of niet.
De uitspraken die me raken bevatten in mijn beleving vrijwel altijd een verwijt. Ik ben er bovendien van overtuigd dat ik iets had kunnen doen om de incidenten, zoals ik ze maar noem, te voorkomen. Bijvoorbeeld door goed in mijn vel te zitten en evenwichtig te zijn en kalm en nog wat dingen die ik niet altijd kan controleren. Ik meen echter dat ik die controle wel moet hebben. Maar hoe?
Omdat er veel goeds naast staat, is het te dragen. Het gaat me goed. Het steekt des te meer dat de kwestie blijft zeuren, dat een oplossing uitblijft. Eerlijk gezegd, als het tot de mogelijkheden behoorde, zou ik dit raadsel ook laten voor wat het was.
–
lees ook Verwarde man, leed en herstel in 40 verhalen (verwardeman.com)